Het gemeentewapen van Den Haag is op veel plekken in de stad te zien. Bijvoorbeeld op het stadhuis. Het Haagse wapen is goud van kleur en er staat een ooievaar op. Maar waarom eigenlijk een ooievaar? En zag het Haagse gemeentewapen er altijd al zo uit? Waar was dit gemeentewapen vroeger te vinden en waar vinden we het nu terug?

De visbanken aan de Schoolstraat met ooievaar rond 1905, prentbriefkaart fotograaf onbekend.

De ooievaar op het Haagse wapen

Ons land werd in 1814 een koninkrijk.  Iedere gemeente moet dan een wapen hebben dat door de Hoge Raad van Adel is goedgekeurd. Dus ook de gemeente Den Haag. Vanaf 1816 ligt het uiterlijk van het gemeentewapen officieel vast en sinds 1954 is de officiële omschrijving: 'In goud een stappende ooievaar van natuurlijke kleur, houdende in deszelfs bek een paling van sabel (zwart). Het schild gedekt met een antieke gravenkroon en gehouden door twee omziende leeuwen van goud’.

In 1811 was het wapen van Den Haag ook al eens officieel vastgesteld door keizer Napoleon (bij keizerlijk decreet van 26 oktober 1811). Toen het Koninkrijk Holland werd ingelijfd bij Frankrijk werd Den Haag verheven tot ‘bonne ville de l' empire'. Bij een stad hoort een officieel wapen en anderhalf jaar later arriveert de oorkonde met het wapen en een beschrijving. 'Van goud met een ooievaar in natuurlijke kleuren, houdende in de snavel een zwarte slang (!) met het schildhoofd der goede steden, dat is van rood met drie bijen faasgewijs geplaatst in goud. ' Toen dit wapen Den Haag bereikte was Napoleon aI in Rusland waar hij zijn grote nederlaag leidde. Behalve op de bewaard gebleven oorkonde heeft dit wapen geen sporen achtergelaten.

Deel van de oorkonde van Napoleon Bonaparte met daarin zijn voorstel voor een aangepast stadswapen, 19-06-1813

Groen gras

Er is één duidelijk verschil tussen het huidige wapen uit 1816 en afbeeldingen van het wapen uit de achttiende eeuw en vroeger. De ooievaar stond vroeger namelijk op een groen grasveldje. Om onbekende redenen is dat gras verdwenen bij het wapen dat Napoleon gaf. Toen het Haagse stadsbestuur zijn wapen moest laten goedkeuren door de Hoge Raad van Adel werd deze 'fout' niet hersteld. Natuurlijk ontwierp de Hoge Raad van Adel de gemeentewapens niet zelf. De stadsbestuurders stuurden meestal een tekening en een beschrijving in. De raad gebruikte dit om het wapen vast te stellen. Maar waarom de Haagse raad het gras wegliet is een raadsel. Vooral omdat de groene kleur van het gras samen met het goudgeel van het schild de kleuren van de Haagse vlag vormen.

Oudste afbeelding uit 1541

De oudst bekende afbeelding van het Haagse wapen is gegoten in brons.  De afbeelding staat op de grote luidklok in de toren van de Grote Kerk: een ooievaar staat midden tussen bloemen en gras. De klok stamt uit 1541. Hetzelfde wapen komt voor op een schilderij van de Hofvijver met zijn directe omgeving uit 1553. Dit schilderij hangt nu in het Haags Historisch Museum. Daarnaast treffen we de ooievaar tussen 1600 en 1816 aan in de vignetten boven de stedelijke publicaties op de vroedschapspenningen en op of in Haagse overheidsgebouwen en op stadsplattegronden.

De oudste afbeelding van het Haagse wapen met ooievaar staat op de Jhesusklok uit 1543 in de toren van de Grote of St. Jacobskerk, fotograaf Paul Kempff 1994

Stadszegels

In de opsomming hierboven ontbreken de Haagse zegels waarmee de stadsbestuurders tot 1811 alle officiële stukken ‘bezegelden’. Het Haagse zegel toont namelijk een heel ander wapen. Het oudst bekende zegel is van 27 maart 1307 en vertoont een kasteel met drie torens met aan beide kanten bomen; de middelste toren heeft een poort. Deze voorstelling, met meer of minder variatie in torens en bomen, staat op alle Haagse zegels tot aan het begin van de 19de eeuw. In 1586 liet de magistraat drie geheel nieuwe stadsstempels maken. Met zo'n stempel kreeg de was (waar een zegel van gemaakt is) een afdruk van het wapen.  Op zijn tijd moesten de stempels vervangen worden. Het nieuwe aan de stempels van 1586 is dat er nu ook een ooievaar op staat. Op één ervan stapt hij met een paling in zijn bek, stoer naar rechts kijkend voor de poort van de middelste van de drie torens. Op een ander staat de ooievaar op de linker toren en op de rechter toren verschijnt de Hollandse leeuw. Bij de derde variant is de leeuw vervangen door nog een ooievaar.

Waarom een ooievaar?

De ooievaar staat bekend als een vogel die geluk brengt; het Nederduitse woord 'odevare' betekent zelfs gelukbrenger. Deze trekvogel kwam vroeger al in onze streek voor. In een grafelijke rekening uit 1352/4 staat een bedrag vermeld voor het maken van ooievaarsnesten bij het grafelijk kasteel op het Binnenhof. In de stadsrekening van 1586 staat een post van twee pond en dertien schellingen betaald aan de viskoper Jan Gerritz ‘voor 3500 alen 'to behoof (ten behoeve) van de oyevaers'. Uit diezelfde rekening blijkt dat er ook een speciale oppasser voor de ooievaars was: Seeger Gillisz. Ook in 1798 bevatte de stadsrekening deze post: 'Aan J. Goerger de Somme van tien guldens voor ses maanden vis en stroo voor de oyevaers'. Tot bet begin van de twintigste eeuw blijft deze traditie en zijn er een paar ooievaars op de Haagse vismarkt die door een gemeentelijke ‘oppasseres' worden verzorgd.

Ooievaar met nest op het dak van de Ridderzaal, J. Savery 1592


We weten niet waarom de ooievaar werd vereerd en opgenomen in het wapen. Dat is nergens beschreven. Waarschijnlijk heeft Den Haag meegedaan met een traditie die in de Middeleeuwen bestond. Steden hadden toen een mascotte. Utrecht had bijvoorbeeld een beer. Den Haag koos de gelukbrengende ooievaar, die hier nestelde, als symbool. Den Haag wilde zich in de 16de en 17de eeuw beter profileren, vooral in de strijd voor eigen stadsrecht. Toen is op de stadszegels bij het kasteel met de drie torens (het symbool van de graaf) de ooievaar gezet.

Wapens en logo's

Uit dit verhaal over het Haagse wapen blijkt dat het tussen 1300 en 1816 steeds werd aangepast. Het was nog geen dood ornament maar werd naar de inzichten van de tijd aangepast: niet alleen qua inhoud maar ook qua stilering. Vanaf 1816 is een stadswapen letterlijk een dood versiersel geworden. De laatste decennia krijgen wapens in het kader van reclame en naamsbekendheid weer een functie. Een wapen wordt dan in een modern jasje gestoken en gebruikt voor bijvoorbeeld een logo. In die zin is er niets op tegen het wapen aan te passen aan de eisen en de smaak van onze tijd en dat gebeurt vaak. Daarnaast blijft het officiële wapen bestaan, dat slechts met goedkeuring van de Hoge Raad van Adel mag worden veranderd.

Logo huisstijl gemeente Den Haag Ontwerpwerk 2013