Verkopen terwijl de fysieke winkel gesloten is; het gebeurde al in de jaren twintig van de vorige eeuw. De winkelsluitingswet in 1932 geeft een extra impuls aan het aantal 'automatieks' in het straatbeeld. 

Dunklerstraat, complex automaten van kruidenierswinkel Retel tot voorkomen van schade door de winkelsluitingswet, April 1932.”

“Dunklerstraat, complex automaten tot voorkomen van schade door de winkelsluitingswet, April 1932.” Deze intrigerende tekst staat in zwarte inkt achterop de foto hierboven.

De Dunklerstraat

Er zullen niet veel Hagenaars zijn die meteen weten waar deze zich bevindt. Voor de oorlog was het een typische straat in Duinoord, zoals de 2e Schuytstraat en de Obrechtstraat dat nog zijn. Misschien zelfs nog een tikje sjieker. Hij liep van de Valeriusstraat naar de Conradkade. De tegenwoordige Dunklerstraat is onderdeel van de wederopbouwarchitectuur. De oude straat is in de Tweede Wereldoorlog gesloopt ten behoeve van de Atlantikwall.

Meteen na de oorlog, op 7 mei 1945, werd architect W.M. Dudok aangesteld als extern stedenbouwkundig adviseur van Den Haag. Hij maakte een structuurplan voor de hele stad. De huidige Dunklerstraat is daarvan een klein onderdeel. Het is nu een wat vreemd straatje dat begint aan het einde van de 2e Schuytstraat en eindigt bij het laatste stukje van de Conradkade tussen de brug over de Groot Hertoginnelaan en de Houtrustbrug.

Economische crisis

Van het eind van de jaren twintig tot het eind van de jaren dertig van de vorige eeuw was er ook een economische crisis. Velen die hierdoor in nood zaten, openden, naast hun gewone dagelijkse bezigheden, een winkeltje.

Winkelsluitingswet

Er ontstond een moordende concurrentie met als gevolg krankzinnige openingstijden. Zelfs de christelijke zondagsrust was in het geding en daar kon natuurlijk geen sprake van zijn. Daarom werd in 1932 de winkelsluitingswet van kracht. Deze wet beperkte de vrijheid van de winkeliers om zelf hun openingstijden te bepalen.

Vergist u zich niet, de openingstijden waren destijds nog steeds riant. Men mocht tot 8 uur ’s avonds open zijn en bepaalde bedrijfstakken, zoals de banketbakkers, op zondag, vanaf 1 uur ’s middags. Maar de consument was al aardig gewend geraakt aan deze vroege vorm van 24-uurs economie en vindingrijk is de winkelier altijd geweest.

Automatieks

De eerste ‘automatieks’ verschenen in het Nederlandse straatbeeld. Waar de automatiek precies is uitgevonden is niet helemaal duidelijk. In 1880 bestond in Engeland al een apparaat waar, na inworp van een munt, prentbriefkaarten uit kwamen. In 1888 zijn in Amerika op de stations kauwgomautomaten te vinden en er zijn ook bronnen die beweren dat de automatiek als oberloos restaurant, in Berlijn is uitgevonden.

De eerste automatieks

Hoe het ook zij, in Nederland wordt de automatiek populair in de jaren twintig. Ons fotoarchief bevat een foto van een 'koud en warm buffet' uit 1930. Bakkerij Izaak van Male had in 1935 ook een automatiek, evenals slagerij Van Olphen aan de Loosduinseweg 511-513 (naast het weeshuis Groenestein) in 1946.

De automaten op de foto stonden in de Dunklerstraat, net om de hoek van de Valeriusstraat. Ze hoorden bij de kruidenierswinkel Retel. Op de foto is nog net te zien dat het in de eerste rijen om vruchten en conserven gaat. Daar moet een gulden voor in de gleuf gegooid worden. De vakjes van de derde en vierde rij bevatten goedkopere waar, hiervoor hoeft slechts een kwartje te worden ingeworpen, maar helaas is niet te zien wat men daar allemaal voor kon kopen in 1932.