De Marathon, wie in Den Haag is er niet groot mee geworden? De geschiedenis van de Marathon begint in 1947. De familie Ooms, vader Willem en zijn beide zoons Tom en Henk, kreeg in dat jaar vergunning om aan het einde van de De Savornin Lohmanlaan een rolschaatsbaan te beginnen.

Rolschaatsbaan Marathon, prentbriefkaart 1957, maker: JospéRolschaatsbaan Marathon, prentbriefkaart 1957, maker: Jospé 

Behoefte aan vertier

De eerste jaren na de oorlog had niemand veel geld te besteden, maar er was wel behoefte aan vertier. Dat gold zeker voor de jeugd. Op door de Ooms zelf gefabriceerde rolschaatsen met houten wieltjes kon er voor een luttel bedrag de hele middag worden gezwierd.

Aan het begin van de jaren zestig werd het Tom Ooms duidelijk dat, om jeugdigen aan te trekken en vermaak te bieden, meer nodig was dan een flesje limonade en een paar rolschaatsen.

Verslingerd aan popmuziek

De jongeren hadden meer geld te besteden en waren verslingerd geraakt aan popmuziek. Overal in de stad richtte jongeren bandjes op en zij zochten een plaats om op te treden en natuurlijk oefenruimte. Het rolschaatsen had inmiddels voldoende geld opgebracht dus lieten de broers Ooms naast de baan een zaaltje bouwen. In 1965 opende de Marathon voor de eerste maal de deuren. De foto laat zien hoe het zaaltje er kort na de opening uitzag. Op de voorgrond is nog net een stukje van de rolschaatsbaan zichtbaar.

De zaal werd al snel net zo'n succes als de rolschaatsbaan. De eerste bandjes die kwamen optreden waren uiteraard afkomstig uit de eigen stad: the Magic Strangers en The Noisebreakers. Niet veel later gevolgd door de Golden Earring, die de zaal gingen gebruiken als hun thuishonk.

Zo begonnen de gouden jaren van de Marathon. Niet alleen lokale bands werden geboekt voor een optreden, ook gerenommeerde artiesten uit Engeland kwamen langs, zoals The Who in september 1965.

Keerzijde van het succes

Het succes had ook een keerzijde. Buurtbewoners uit de nabij gelegen gezapige Vogelwijk klaagden over geluidsoverlast. Waarschijnlijk zal de aanwezigheid van jongeren met lang haar op brommers eveneens tot de klachten hebben bijgedragen. In 1972 verhuisde de zaak naar de Wijndaelerweg, de oprit naar camping Ockenburg. Ver weg gelegen van de bewoonde wereld.

De Savornin Lohmanlaan 380 rolschaatsbaan en Paviljoen Marathon, 1966, maker:  Jan StegemanDe Savornin Lohmanlaan 380 rolschaatsbaan en Paviljoen Marathon, 1966, maker: Jan Stegeman

Nieuw tijdperk

Een nieuw tijdperk brak aan. Volgens Tom Ooms, in een interview met de Haagsche Courant in 1977 ter ere van het dertigjarig jubileum, werd het lastig om bandjes te boeken tegen een redelijke prijs en ook het publiek wilde geen toegang betalen. Dus koos hij voor een nieuwe opzet. Er kwam een grote dansvloer en ruimte om te zitten of een rondje te lopen. Op de eerste verdieping was een gaanderij rondom, zodat de dansende meisjes ook van bovenaf konden worden bekeken. Want het waren vrijwel alleen de meisjes die dansten, keurig in paartjes tegenover elkaar, tasjes op grond tussen hen in. En de jongens? Die hingen aan een van de barretjes of liepen rondjes, ondertussen kijkend naar de meisjes.

Inmiddels was de disco-rage in alle hevigheid losgebarsten en zat de Marathon elk weekend stampvol met danslustigen. Een aantal portiers bewaakte de veiligheid en verwelkomde de bezoekers bij binnenkomst met:”Jassen in de garderobe en een gulden als je weggaat!”

Wie nu nog naar de Marathon wil om even lekker te swingen, komt te laat. Sinds 2007 is de dancing voorgoed gesloten.


Dit artikel is onderdeel van een reeks artikelen gepubliceerd in Den Haag Centraal, geschreven door (oud) medewerkers van het Haags Gemeentearchief.

Auteur: Hans Zwaanswijk