In 1822 vestigde Johannes Wenceslaus ten Hage (geb. te Utrecht in 1804) zich als boekverkoper in Den Haag. Al in hetzelfde jaar werd door hem een boek uitgegeven 'Over de opvoeding van meisjes'. In 1844 richtte hij in de Assendelftstraat een drukkerij op. Hij gaf rooms-katholieke boeken en tijdschriften uit. Zijn zoon, Theodorus Christiaan Bernardus (geb. te Den Haag in 1829), nam in 1852 de zaak van zijn vader over. Onder zijn bewind verhuisde de drukkerij in 1858 naar de Nobelstraat. In 1891 werden drie van zijn zonen 'associé's in zijne zaken'. Na het overlijden van Th.C.B. ten Hage in 1895 zetten zij de zaak samen met hun moeder voort.
Wegens het uittreden uit de firma van J.B.J. ten Hagen, werd de zaak in 1912 omgezet in een NV onder de naam 'Naamloze Vennootschap Boekdrukkerij voorheen Firma T.C.B. ten Hagen', bij de statutenwijziging van 1930 verkort tot 'Ten Hagen's Drukkerij en Uitgeversmaatschappij NV'. In 1924 verhuisde een deel van de drukkerij naar de Torenstraat; het hele bedrijf ging in 1952 over naar een nieuw gebouw aan de Slachthuiskade 1. Vanaf 1991 is de uitgeverij Ten Hagen BV, gevestigd in de Lange Houtstraat 5.

Behalve het katholieke dagblad 'De Residentiebode', in de periode 1894-1933, werden bij Ten Hagen om uitgegeven en gedrukt: religieuze boeken, tijdschriften over kunst, het tijdschrift Cobouw, het Algemeen Nederlandsch Advertentieblad, tijdschriften voor de middenstand, tijdschriften op het gebied van sport, nijverheidsonderwijs, bouwnijverheid, alsmede ontspannings- lectuur (Dick Bos-serie) De exploitatie van deze tijdschriften geschiedde soms door deelneming in andere maatschappijen of door middel van dochterondernemingen.
In 1976 schonk de directie van Uitgeverij Ten Hagen BV de financiële bescheiden van het bedrijf over de periode (1858) 1906-1971 en een groot aantal kranten en tijdschriften aan het Gemeentearchief van 's-Gravenhage. De periodieken zijn opgenomen in de bibliotheek van het Gemeentearchief. In 1989 volgde bij overeenkomst van inbewaringgeving een belangrijke aanvulling op het archief, bestaande uit onder meer de notulen (met bijlagen) van vergaderingen van commissarissen, correspondentie en personalia van de familie Ten Hagen, dit alles over de periode (1729) 1822-1971.

Bij genoemde overeenkomst is bepaald, dat voor zover de stukken jonger zijn dan dertig jaar, deze voor derden slechts toegankelijk zijn met machtiging van de bewaargever. Stukken betreffende zaken die persoonlijke levenssfeeer van mogelijk nog in leven zijnde personen kunnen raken zijn pas na 75 jaar openbaar.
De onderzoeker die gebruik maakt van dit archief voor een publikatie wordt verzocht een exemplaar daarvan beschikbaar te stellen aan het Haags Gemeentearchief en een exemplaar aan de bewaargever.

Literatuur: In vogelvlucht over een eeuw "Ten Hagen" 1844-1944, Den Haag 1947.
Raadpleeg ook de catalogus van de bibliotheek van het Haags Gemeentearchief.