Tijdens een geheime vergadering die meer dan een uur duurde, besloot de gemeenteraad van Den Haag op 1 maart 1948 Johanna Victorine Catharina Hefting te benoemen tot directeur van het Haags Gemeentemuseum. Zij stond bekend als een vrouw met onverstoorbare energie en grote werklust.

Wethouder A.A.J.M. van Lier in gesprek met dr. Victorine Hefting die in Pulchri Studio afscheid neemt als bestuurslid van de Jacob Marisstichting. Foto:  Robert Scheers 1980Wethouder A.A.J.M. van Lier in gesprek met dr. Victorine Hefting die in Pulchri Studio afscheid neemt als bestuurslid van de Jacob Marisstichting.
Foto: Robert Scheers 1980

Oneindige liefde voor de kunst

Ondanks de rampspoed die Victorine Hefting in haar leven trof, wist zij haar doelen te bereiken. Waarschijnlijk was humor en haar oneindige liefde voor de kunst haar wapen. De voornamen van Victorine Hefting waren oorspronkelijk Maria Jacoba Aleide. Zij werd met deze namen ingeschreven in de Burgerlijke Stand in Utrecht, waar zij op 2 augustus 1905 is geboren. Haar voornamen werden gewijzigd toen haar moeder haar in haar derde levensjaar in de steek liet. Haar opvoeding kwam daarna in handen van een geesteszieke stiefmoeder, die haar sloeg en uitschold. 

Ontslag na huwelijk

Haar passie voor kunstgeschiedenis ontdekte Victorine toen zij als bibliothecaris bij de afdeling kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Utrecht werkte. Ze ging colleges volgen en studeerde uiteindelijk af op de beschrijving van de kunstcollectie van Hélène Kröller-Müller. Na haar afstuderen kreeg ze in 1938 een baan als wetenschappelijk assistente tweede klasse bij het Gemeentemuseum in Den Haag. Toen ze een jaar later trouwde werd ze ontslagen. Vanzelfsprekend, want de norm was tot 1956 namelijk dat vrouwelijke ambtenaren de dag na de bruiloft ontslag kregen. Het verbod op arbeid van gehuwde vrouwen bij de overheid is in 1956 afgeschaft.

Opnieuw in dienst van het Gemeentemuseum

Victorine Hefting hoopte op meer geluk na haar trouwen. Ze trof echter een gewelddadige man die haar mishandelde en hun dochter bedreigde. Ze scheidde van hem aan het begin van de Tweede Wereldoorlog. Kort voor haar scheiding kwam ze in 1941 opnieuw in dienst van het Haags Gemeentemuseum. Het museum maakte in deze periode zware tijden mee. De Duitse bezetter gijzelde in 1942 directeur Gerard Knuttel. De hoofdconservator, Dirk Balfoort, werd waarnemend directeur en samen met hem leidde Victorine Hefting het museum. Zij kwamen voor een enorme operatie te staan, want in november en december 1942 moest het hele museum worden geëvacueerd. Een deel van de verzameling werd in de kelders van het Vredespaleis en in enkele zalen van paleis Noordeinde ondergebracht, een ander deel werd opgeborgen in rijksschuilkelders op verschillende plekken buiten Den Haag. 

Haags Gemeentemuseum. Foto: JosPé, 1947Haags Gemeentemuseum. Foto: JosPé, 1947

Eerste Nederlandse museumdirecteur

In het gemeentemuseum kwam het ‘Rijksgebouw voor de voedselvoorziening in oorlogstijd’. Na de oorlog bleek het museum zwaar beschadigd, omdat in de laatste oorlogsmaanden in de buurt van het gebouw Duitse V2-raketten waren afgeschoten.

Victorine doorstond de oorlogsmoeilijkheden. In 1946 werd ze hoofdconservatrice van het Gemeentemuseum en twee jaar later de eerste Nederlandse museumdirecteur. In de eerste naoorlogse jaren heeft ze zich ingespannen voor de wederopbouw van het museum. Ze organiseerde belangrijke tentoonstellingen en was betrokken bij de oprichting van het kostuummuseum in Den Haag.

Tomeloze inzet voor de kunst

Haar huwelijk met uitgever Bert Bakker op 19 augustus 1948, leidde opnieuw tot ontslag. Lange tijd zette zij zich in voor de uitgeverij van haar man. Maar ook dit huwelijk strandde, deze keer door de alcoholverslaving en het bedrog van haar tweede echtgenoot. Na haar scheiding in 1964 keerde ze terug naar de beeldende kunst. Zij promoveerde tot doctor in de kunstgeschiedenis op de schilder Johan Barthold Jongkind. In 1970 trof haar opnieuw het noodlot, toen haar dochter op dertigjarige leeftijd aan een hersentumor overleed. Ondanks het verdriet om dit verlies bleef ze zich tot op hoge leeftijd inzetten voor de kunst. 

Johanna Victorine Christine Hefting stierf op 23 augustus 1993, op 88-jarige leeftijd, in Den Haag, waar ze nog altijd bekend staat als de pittige tante met humor die veel heeft betekend voor het culturele leven in Den Haag.

 


Dit artikel is onderdeel van een reeks artikelen gepubliceerd in Den Haag Centraal, geschreven door (oud) medewerkers van het Haags Gemeentearchief.

Auteur: Eline Zantvoort