In 1896 besloot een aantal Haagse vrouwen met bloemen uit eigen tuin en een stapel tijdschriften de zieken van de gemeenteziekenhuizen aan de Zuidwal en het Slijkeinde te verrassen. In de loop der jaren werden de activiteiten steeds professioneler en in 1908 kregen de initiatiefneemsters zelfs de beschikking over een kleine bibliotheek. In 1923 organiseerde men zich onder de naam 'Vereeniging tot verspreiding van Bloemen en Lectuur aan Zieken'. Na 1926 werd het rondbrengen van bloemen stopgezet, omdat de zieken voldoende bloemen van hun bezoek ontvingen. In 1934 sloot het ziekenhuis aan het Slijkeinde, waardoor alle activiteiten werden verplaatst naar het Zuidwalziekenhuis.
Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog nam de politie een deel van de patientenbibliotheek in beslag en kreeg men tevens een verbod op de uitdeling van nog eens ongeveer driehonderd boeken. Behalve aan de Zuidwal verspreidde men in deze jaren ook boeken in de noodhospitalen aan de Naarderstraat en de Bezemstraat, en na de oorlog ook in het TBC-sanatorium aan de Stevinstraat.
Na de sluiting van het Zuidwalziekenhuis in 1971 verhuisde de vereniging mee naar het Ziekenhuis Leyenburg. Sedertdien beperkte men zich tot dit ziekenhuis en het aangrenzende oogziekenhuis.
Het boekenbezit werd voornamelijk opgebouwd uit door de vereniging gekochte boeken. De aankopen konden worden gefinancierd uit de contributie van de leden, enige giften uit fondsen en door gelden uit legaten en vrijwillige bijdragen van patienten.
In de laatste decennia is ook aan de vele niet-Nederlandstalige zieken gedacht. In de jaren '60 werd Portugese en Spaanse literatuur aangeschaft en sedert de jaren '70 ook Turkse en Marokkaanse boeken. Vanaf de jaren '90 werden er steeds minder boeken geleend, want de verblijftijd in het ziekenhuis verkortte en de televisie werd een geduchte concurrent van de boekenuitlening. Uiteindelijk werd de vereniging op 1 april 2004 opgeheven.

Het archief van de Vereniging tot Verspreiding van Lectuur aan Zieken te 's-Gravenhage is na de opheffing geschonken door de vereniging aan het Haags Gemeentearchief. De archiefstukken uit de beginperiode (1896-1923) ontbreken nagenoeg alle.