< Terug naar archievenoverzicht

Uw zoekacties: Peek en Cloppenburg

0260-01 Peek en Cloppenburg

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Geschiedenis en organisatie van het bedrijf
0260-01 Peek en Cloppenburg
Inleiding
Geschiedenis en organisatie van het bedrijf
Op 2 januari 1870 verscheen in het Rotterdamsch Nieuwschblad een advertentie waarin bekend werd gemaakt, dat Johann Theodor Peek en Heinrich Anton Adolph Cloppenburg een vennootschap waren aangegaan "ten doel hebbende den handel in Manufacturen en Lakens". Van wat aan deze advertentie vooraf ging, is weinig bekend. Zowel Peek als Cloppenburg waren afkomstig uit Westfalen. Peek (1845-1907) werd geboren te Grönheim als zoon van een boer en Cloppenburg (1844-1922), die uit een kostersgeslacht stamde, werd geboren te Altenoythe. Beiden zijn al vroeg naar Holland getrokken en naar alle waarschijnlijkheid hebben de beide jongemannen elkaar in Rotterdam leren kennen. In december 1869 tenslotte, verschenen Peek en Cloppenburg in laatst genoemde plaats voor de notaris Abraham Reepmaker en kwam de vennootschap tot stand.(1)
Peek en Cloppenburg was vanaf de oprichting tot 1 januari 1900 een vennootschap onder firma. De beide firmanten kwamen overeen de vennootschap aan te gaan voor een periode van twee jaar, daarna zou de onderneming automatisch voortgezet worden op dezelfde conditie, tenzij één der firmanten had opgezegd. Zowel Peek als Cloppenburg kregen aan het eind van het jaar vijf procent rente op het door hen ingebrachte kapitaal; verder kreeg ieder de helft van de resterende winst. Eventuele verliezen zouden ook gelijkelijk worden verdeeld. De firmanten namen gezamenlijk beslissingen over aankopen en verkoopbeleid.
In een klein benauwd winkelhuis aan de Hoogstraat in Rotterdam werd begonnen met de verkoop van stoffen. Spoedig echter werden een coupeur en enige kleermakers aangesteld en enige tijd later werd in een groter huis naast het eerste begonnen met de verkoop van "gemaakte" heren- en jongenskleding. De zaken gingen tenslotte zo goed, dat in oktober 1880 een filiaal in Utrecht geopend kon worden.
Met de regelmaat van een klok werden hierna door geheel Nederland nieuwe P en C zaken gevestigd: Leiden en Den Haag in 1882, Amsterdam 1885, Groningen 1889, Haarlem 1891, Leeuwarden en Breda 1892, Arnhem 1895 en Nijmegen 1898.
P en C was een gemengd maat-confectie bedrijf. De onderneming had een aantal coupeurs en kleermakers op haar eigen ateliers werken, bovendien werd aanvankelijk veel confectie door thuiswerkers gemaakt.(2)
P en C verkocht zowel en gros als en detail. Rond de eeuwwisseling bestonden er zeventien ondernemingen die uitsluitend P en C goederen verkochten. P en C beschikte toen dus over achtentwintig afzetpunten verspreid over geheel Nederland. Zo'n groot aantal afzetpunten betekende een grote omzet. Door die grote omzet kon P en C en masse en dus goedkoper produceren en dit betekende weer dat verkoopprijzen der artikelen laag konden zijn.
De groei van de onderneming maakte een andere rechtsvorm noodzaklijk. Op 1 januari 1900 werd P en C dan ook een naamloze vennootschap: "De Maatschappij tot Exploitatie van Heeren en Kinderkleeding voorheen Firma Peek en Cloppenburg". Er werden drieduizend aandelen uitgegeven met een nominale waarde van duizend gulden het stuk, zodat het maatschappelijk kapitaal drie miljoen bedroeg. Verder werden de aandelen in twee series verdeeld, elk van vijftienhonderd stuk; één serie kwam in handen van famlie Peek, de andere in handen van Cloppenburg en de zijnen. De aandelen waren op naam en buiten de families Peek en Cloppenburg niet verhandelbaar. Twee directeuren werden, onder toezicht van twee commissarissen belast met het bestuur en beheer van de N.V. De commissarissen hadden inzage in de boekhouding, kas, correspondentie en konden inlichtingen vragen. Uit de houders van elke series aandelen moest één directeur en één commissaris worden benoemd.
Zowel directeuren als commissarissen werden voor een periode van vijf jaar benoemd. De oude Peek en de oude Cloppenburg werden vanzelfsprekend de eerste directeuren van de nieuwe N.V.
Ook was er een algemene vergadering van aandeelhouders, bestaande uit de verschillende deelnemers in de vennootschap en waaraan de directie verantwoording diende af te leggen.(3)
De zetel van de vennootschap, die zich vanaf de oprichting van het bedrijf te Rotterdam had bevonden, werd verplaatst naar Utrecht en belandde tenslotte, in 1925, in Den Haag.
Ook in Duitsland ontstonden P en C filialen; in 1901 in Düsseldorf en Berlijn, een tiental jaren later in Hamburg. Afzonderlijke N.V.'s werden gecreëerd om deze filialen te exploiteren.(4)
In Nederland werden tussen 1900 en 1945 geen nieuwe filialen meer geopend. Wel werden verschillende filialen uitgebreid en verbouwd. De winkel in Amsterdam, gevestigd aan de Nieuwendijk, verhuisde naar het grootse gebouw aan de Dam. De bouwwerkzaamheden aan dit in 1917 gereed gekomen kledingpaleis hadden bijna drie jaar geduurd. Om aan de benodigde bouwgronden te komen had P en C de Maatschappij De Dam, eigenares van dertien percelen aan de Dam, het Rokin en de Kromelleboogsteeg, moeten overnemen.(5)
Laatstgenoemde onderneming hield zich van toen af aan bezig met de verwerving van verdere bouwgrond, met de opbouw van het nieuwe winkelgebouw en daarna met de exploitatie van dit gebouw.
Het archief van de Maatschappij De Dam bevat bijzonder veel materiaal over de bouwgeschiedenis van dit unieke gebouw in de hoofdstad: bv. dagboeken van de hoofdopzichter, kostenbegrotingen, bouwtekeningen etc.
Inventarisatie van het archief
Noten

Kenmerken

Datering:
(1720) 1869-1969
Beschrijving:
Inventaris van de archieven van Peek en Cloppenburg, gevestigd in Den Haag, en de Maatschappij De Dam tot expoitatie van onroerende goederen N.V. te Amsterdam
Omvang in m¹:
4,75
Auteur:
F.M. Stavast (1978)
Openbaarheid:
Geheel openbaar